Baarmoederhalskanker
Wat is baarmoederhalskanker?
Baarmoederhalskanker is kanker in de cellen van het slijmvlies van de baarmoederhals en de baarmoedermond. (figuur 1)
Bij baarmoederhalskanker speelt het humaan papillomavirus (HPV) een rol. Dit virus wordt door seks overgebracht. Het is een virus dat bij heel veel vrouwen voorkomt. Meer dan 80% van de vrouwen krijgt ooit deze infectie. Vaak wordt dit door het lichaam zelf weer opgeruimd.
Baarmoederhalskanker komt voor bij vrouwen van alle leeftijden. Maar het meest bij vrouwen tussen de 35 tot 50 jaar. Elk jaar krijgen in Nederland ongeveer 750 vrouwen baarmoederhalskanker.
Welke klachten kunt u krijgen?
Door kanker veranderen cellen. Verandering van de cellen van uw baarmoederhals geven geen klachten. De cellen veranderen dus zonder dat u dit door heeft. Zeker in het begin merkt u dus niets. Later kunnen klachten optreden zoals:
- Bloederige of bruinige afscheiding als u niet ongesteld bent
- Verlies van bloed tijdens de seks
- Verlies van bloed na de overgang
Deze klachten hoeven niet door baarmoederhalskanker te komen. U kunt deze klachten dus ook hebben door iets aders. Heeft u één of meer van deze klachten? Neem dan altijd contact op met uw huisarts.
Wat zijn de oorzaken van baarmoederhalskanker?
De cellen in uw baarmoederhals delen zich steeds. Er bestaat dan ook een evenwicht tussen de opbouw en de afbraak van het slijmvlies in de baarmoederhals. Soms gaat er iets mis in het delen van deze cellen. Dat komt door het HPV-virus. Dan kunnen er afwijkende cellen ontstaan. Dit is geen kanker, maar een voorloperstadium van kanker. Deze afwijkende cellen verdwijnen vaak vanzelf.
Bij het voorstadium van baarmoederhalskanker zitten er dus afwijkende cellen in uw baarmoederhals. Dit voorstadium kan vanzelf genezen. Het kan ook worden verwijderd door middel van een kleine operatie aan uw baarmoedermond. Deze operatie heet lisexcisie of conisatie.
Verdwijnen deze afwijkende cellen niet vanzelf?
Dan kunnen deze afwijkende cellen kankercellen worden. Er ontstaat dan baarmoederhalskanker . Dit proces van afwijkende cellen naar een voorstadium naar kanker verloopt heel langzaam. Het kan wel tot vijftien jaar duren.
Heeft u baarmoederhalskanker? Dan zijn er verschillende behandelingen. Welke behandeling het beste is hangt af van het tumorstadium. Dat betekent dat het afhangt van hoe de tumor zich heeft uitgebreid en of deze beperkt is tot de baarmoedermond. Soms is een operatie mogelijk, of bestraling. En soms behandelen we baarmoederhalskanker met een combinatie van chemotherapie en bestraling. Dit noemen we chemoradiatie.
Welke onderzoeken worden gedaan?
Heeft u bepaalde klachten? Of denken we dat u misschien baarmoederhalskanker heeft? Dan zijn er verschillende onderzoeken die we kunnen uitvoeren.
- Eerst doet de gynaecoloog een inwendig onderzoek. Hij of zij neemt ook een uitstrijkje af. Hierbij neemt de arts cellen af van het overgangsgebied tussen uw baarmoederhals en uw baarmoedermond. De patholoog beoordeelt deze cellen onder een microscoop. Hij of zij deelt de uitkomsten in in de zogeheten PAP-klasse. Een patholoog is een arts die cellen en weefsel van patiënten onderzoekt.
- Ligt de uitslag van het uitstrijkje boven de 'score' PAP I? Dan maakt uw arts na een tijdje een nieuw uitstrijkje. Of er wordt verder onderzoek gedaan in de vorm van een kolposcopi. Bij een kolposcopie bekijkt de gynaecoloog uw baarmoedermond met een microscoop. Als het nodig is, wordt er wat weefsel weggehaald voor onderzoek.
- Ook kan de gynaecoloog uw bloed laten onderzoeken. We doen dan onderzoek naar het onder meer het ijzergehalte en de werking van uw nieren en lever. Soms worden de tumormarkers in uw bloed bepaald. Een tumormarker is een bepaalde stof die in het bloed voorkomt bij kanker. Er zijn verschillende tumormarkers die bij verschillende soorten kanker in het bloed kunnen voorkomen.
- Blijkt uit deze onderzoeken dat u baarmoederhalskanker heeft? Dan doen we vervolgonderzoeken gedaan. Bijvoorbeeld een longfoto, echografie van de nieren, CT-scan of MRI of een weefselonderzoek. Als u deze onderzoeken krijgt, dan krijgt u hier meer informatie over.
- Er kan een biopt afgenomen worden door middel van een kolposcopie, lisexcisie of conisatie. Een biopt is een stukje weefsel.
Baarmoederhalskanker heeft verschillende fasen
Bij baarmoederhalskanker zijn er verschillende behandelingen mogelijk. Voordat de arts een behandeling kan voorstellen, moet hij of zij eerst een aantal dingen weten:
- Grootte van de tumor
- Mate van doorgroei in de omringende weefsel
- Of er uitzaaiingen zijn in andere organen
Baarmoederhalskanker heeft vier fasen:
- Stadium I: de kanker zit alleen in de baarmoederhals
- Stadium II: de kanker is doorgegroeid tot in de baarmoederhals, in het steun- of spierweefsel van de bekkenbodem of in het bovenste deel van de vagina
- Stadium III: de kanker is doorgegroeid tot aan de bekkenwand of tot in de onderste deel van de vagina
- Stadium IV: de kanker is buiten het bekken gegroeid, in de blaas of de endeldarm. Of er zijn uitzaaiingen in andere organen. Bijvoorbeeld in uw longen, lever, of botten.
Er zijn verschillende soorten behandelingen
De behandeling van baarmoederhalskanker wordt in gespecialiseerde centra uitgevoerd. Dat betekent dat u niet wordt behandeld in het Beatrixziekenhuis. WIj verwijzen u dus door.
Hieronder ziet u welke behandelingen er zijn.
- Operatie
- Weghalen van een deel van uw baarmoederhals.
- Verwijdering van uw baarmoeder. Als het nodig is ook weghalen van uw eierstokken, eileiders en lymfeklieren in uw bekken.
- Weghalen van uw hele baarmoederhals. Hierbij houdt u uw de lymfeklieren in uw bekken en uw baarmoeder. Daardoor kunt u nog zwanger worden als u dat wilt.
- Bestraling (radiotherapie)
- Chemotherapie
- Bestraling in combinatie met warmtebehandeling.
Welke behandeling is de beste voor u?
Dit hangt af van het soort kankercellen. En van het stadium van de baarmoederhalskanker. Daarbij is van belang wat u zelf wilt en aankunt.
Over het algemeen is baarmoederhalskanker goed te behandelen. Maar heeft u uitzaaiingen buiten het bekken? Dan is de kans dat u beter wordt klein. In dat geval doet het behandelteam een behandelvoorstel om de tumorgroei zo veel mogelijk te remmen. En om de klachten zo veel mogelijk te bestrijden. Dit heet palliatieve behandeling.
U krijgt een behandelplan op maat
De gynaecoloog overlegt met een behandelteam (radiotherapeut, oncoloog en radioloog) over welke behandeling geadviseerd wordt. Dit doen zij op basis van de uitslagen van alle onderzoeken. Samen met uw arts beslist u welke behandeling u kiest.
Op deze websites vindt u betrouwbare informatie
Heeft u behoefte aan meer informatie? Dan kunt u betrouwbare informatie vinden op de websites www.kanker.nl en www.degynaecoloog.nl
Ook kunt u via deze websites in contact komen met andere mensen die borstkanker hebben (gehad).
Neem gerust contact met ons op
Heeft u vragen of zorgen? Blijf daar dan niet mee rondlopen. Vragen over uw persoonlijke situatie kunt u het beste bespreken met uw arts in het ziekenhuis of met uw huisarts. Vragen over medicijnen kunt u stellen bij uw apotheek.