Zodra uw kind is uitgeslapen na de operatie, komt het samen met u terug naar de afdeling. U mag hierbij met maximaal twee personen aanwezig zijn.
Het is belangrijk dat uw kind na de ingreep regelmatig (bijvoorbeeld om de 30 minuten) een paar slokjes drinkt. Koude, heldere dranken hebben de voorkeur, omdat deze de keel vochtig houden, de pijn kunnen verzachten en het herstel bevorderen. Denk hierbij aan water, verdund vruchtensap of koude thee. Ook mag uw kind een waterijsje eten; dit kan helpen om de keelpijn te verlichten.
Na de operatie mag uw kind niet meteen naar huis. Pas wanneer het drinken goed lukt, de pijn onder controle is en de arts op de afdeling is langs geweest, kan uw kind in principe na ongeveer drie uur na de ingreep naar huis.
Zodra uw kind thuis is en zin heeft om iets te eten kunt u uw kind bij voorkeur zachte, koude of lauwe voeding geven. Dit kan zijn vla, yoghurt, pap of zacht brood zonder korstjes. In de dagen daarna kunt u de voeding uitbreiden met aardappelpuree, zachte groenten, soep (niet te warm).
Vermijd de eerste dagen: hete / warme voeding, koolzuurhoudende dranken, zure dranken en voedsel (sinaasappelsap, tomaten), scherp voedsel (chips, stokbrood) en pittig eten.
Misselijkheid, braken en ontlasting na de operatie
Doordat uw kind tijdens de operatie wat bloed heeft ingeslikt, kan het zich misselijk voelen en last hebben van buikpijn. Het is mogelijk dat uw kind na de operatie oud bloed braakt; dit is meestal donker van kleur. U hoeft zich hierover geen zorgen te maken – het gaat om bloed dat tijdens de ingreep in de maag is terechtgekomen. Ook kan de ontlasting hierdoor tijdelijk zwart van kleur zijn, doordat het bloed via de maag en darmen het lichaam verlaat. Laat uw kind goed drinken en let erop dat hij/zij regelmatig plast.
Let op tekenen van een nabloeding
Als uw kind helder rood bloed spuugt, kan dit wijzen op een nabloeding. Andere signalen die kunnen duiden op een nabloeding zijn:
- Uw kind is onrustig, of juist sloom en slap.
- Uw kind ziet grauw of bleek.
- Er sijpelt herhaaldelijk bloed uit de mond of neus, of uw kind slikt dit ongemerkt door.
Neem in deze gevallen direct contact op met het ziekenhuis voor advies en beoordeling.
Pijnstilling na de operatie
Uw kind kan zich de eerste dagen na de ingreep ziek voelen, met keelpijn en soms uitstralende pijn naar de oren. Wij adviseren om in deze periode regelmatig paracetamol in zetpilvorm te geven, ook als uw kind niet specifiek klaagt over pijn. Dit helpt niet alleen tegen de pijn, maar ondersteunt ook het herstel van de wond en maakt drinken en slikken gemakkelijker.
Na twee a drie dagen kunt u de paracetamol geleidelijk afbouwen en vervolgens volledig stoppen. Als paracetamol onvoldoende verlichting biedt, mag u daarnaast Nurofen geven. Houd hierbij de dosering aan zoals vermeld op de verpakking van de apotheek of drogist. Let op: Geef uw kind geen aspirine. Dit kan het risico op nabloedingen verhogen.